Geschiedenis
De Zweden zijn “ontstaan” door het samengaan van de
Gauten en de Svear, dit gebeurde in de middeleeuwen. Zweden vormde samen met
Denemarken en Noowegen de Unie van Kalmar in de tijd van de Vikingen. Zweden
verliet in de 16e eeuw de Unie en was toen in oorlog met de buren. In
de 17e en 18e eeuw
was Zweden ongeveer twee keer zo groot als nu, dit komt omdat Zweden ook een
deel van Finland bezat. Zweden was in de 19e eeuw het armste land
van Europa met als gevolg dat veel Zweden emigreerde naar Amerika.
Politiek
Zweden heeft een constitutionele, parlementaire
monarchie. Koning Carl XVI Gustaf is sinds 1973 hoofd van Zweden. In Zweden
heeft de koning geen politieke macht. Hij is de officiële vertegenwoordiger van
Zweden en heeft alleen ceremoniële taken.
De Riksdag, het parlement, worden direct gekozen voor een
periode van vier jaar. De kamer telt in Zweden 349 leden. De grootste partij is
de Sociaal-Democratische Partij die in de laatste 74 jaar 65 jaar aan de macht
zijn.
Sinds september 2010 heeft Zweden een nieuwe regering
waar Fredrik Reinfeldt van de Moderate Partij de premier is.
De regering heeft een uitvoerende macht, de ministeries
zijn klein en houden zich bezig met de beleidsvorming. Zweden telt 11
ministeries en 22 ministers. In tegenstelling tot andere Europese landen hebben
de gemeenten een grote rol. Ze hebben veel vrijheid in bieden van diensten in
hun gemeenten. Er zijn een aantal basisdiensten die geboden moeten worden, deze
staan vermeld in de wet- en regelgeving. Door het bieden van deze basisdiensten
ontvangen de gemeenten subsidies van de nationale regering.
Zweden is sinds 1995 lid van de Europese Unie, Zweden is
niet aangesloten bij de Euro.